De koning te rijk

“Ik heb haar vertrouwen en dat zou ik nooit willen beschamen.”
Bewoner Deventer

Vanaf zijn jongere jaren was Bennie (62) verslaafd aan alcohol. Toch had hij een baan, een woning en leefde ogenschijnlijk net als ieder ander. “Het ging goed tot het fout ging”, zegt hij er zelf over. Het jarenlang mantelzorger zijn en het overlijden van zijn ouders zorgden er echter voor dat de situatie volledig uit de hand liep. Nu drinkt hij al jaren niet meer. Hij voelt zich de koning te rijk. "Ik was ver heen, maar ik kan nu weer trots zijn op mezelf. Omdat er één iemand was die zei dat zij vertrouwen in mij had."

Verlies

“Ik raakte zwaar aan de alcohol verslaafd, echt zwaar. Nadat mijn ouders overleden en mijn baan bij V&D door het faillissement wegviel, was helemaal het hek van de dam. Mijn huis raakte vervuild en ik viel in een zwart gat, inclusief huurschuld en andere ellende. De buren hebben aan de bel getrokken en toen kwam het sociaal wijkteam, zodat ik vrijwillig kon worden opgenomen bij een kliniek voor detox, dat is het ontgiften van je lichaam. Ik was er zo slecht aan toe dat ik de trap in de kliniek niet meer op kon komen, omdat ik niet meer at en alleen maar dronk. Doordat ik inmiddels een grote huurschuld had opgebouwd, heb ik mijn huur opgezegd en werd ik dakloos. Daarbij kreeg ik ook een dikke vette rekening omdat mijn huis weer in orde gemaakt moest worden.

“Ik dacht toen, waar moet ik heen? Na twee nachten in de nachtopvang te hebben gezeten, ben ik vijf of zes weken naar de crisisopvang geweest en toen ben ik op Polsstraat 74 (toenmalige Beschermd Wonen) terecht gekomen waar ik uiteindelijk 4,5 jaar heb gewoond. Daar had ik het eerst wel moeilijk mee. Ik heb de draad gelukkig snel weer opgepakt. Ik kreeg nog één keer een terugval. Toen dacht ik: als ik ooit nog een huisje wil hebben, zal ik toch echt de drank moeten laten staan.

Draad oppakken

“Wat voor mij een geschenk uit de hemel was, is het ZRC (zelfregiecentrum). Met iemand van de gemeente die daarna zorgcoördinator bij IrisZorg werd had ik een keukentafelgesprek waarbij hij zei: “Ga dat eens proberen, misschien is dat wel wat.” Nou, dat is een gouden greep geweest. Ik ben eerst begonnen bij het weggeefwinkeltje en later vroegen ze of ik gastheer wilde worden.

Ik kan mezelf zijn en doe daar gewoon mijn ding. Dat is voor mij een opstap geweest om de draad weer op te pakken. Ritme vinden, en een dagbesteding zodat ik een duidelijke daginvulling heb, maar ook een plek waar ik terecht kan en mij thuis voel. Want op Beschermd Wonen voelde ik me steeds minder thuis. Als je zelf beter wordt, ga je je steeds meer ergeren aan het gedrag van anderen, zoals het voordringen bij de maaltijden of te veel pakken zodat er voor een ander niets overblijft. Soms wilde ik daardoor niet eens terug naar de Polstraat. Ik had er maar één vriend en verder had ik niks.

“Maar toen kreeg ik een vriendenploegje bij het ZRC, ja dat had ik jaren niet gehad. Ik ging in het maatjesproject zitten. Ik kreeg vrijwilligerswerk bij woonzorgcentrum het Voorster, dus mijn dagen zaten vol. Dat helpt om de boel weer op de rit te krijgen. Inmiddels ben ik van mijn schulden af en ben ik in kleine stappen bij mijn doel gekomen: een eigen plek.

“Samen met mijn persoonlijk begeleider Marije heb ik daar naartoe gewerkt. In het begin maak je grote stappen. Mijn ervaring is: de stappen die je maakt, val je net zo hard weer terug, maar dat is in het begin. Later merk je dat de stapjes vooruit kleiner worden, maar dat je ook minder hard terugvalt.

Vertrouwen in mij

“Neem mijn vakantie: ik ging naar mijn toenmalige begeleider, met de mededeling dat ik op vakantie wilde. Ik kreeg alleen terug dat ik dan een hoop te regelen had, maar ik kon dat nog niet zelf. Mijn nieuwe begeleider Marije is toen met me gaan zitten om samen uit te zoeken wat er geregeld moest worden en wat ik zelf kon doen en waar zij me mee kon helpen. Het was heel spannend want ik ging in mijn uppie naar Ierland en daar zijn pubs. Maar Marije zei dat ze er alle vertrouwen in had dat ik het zou kunnen. Dat is voor haar ook een gok geweest. Ik ben gegaan en het was niet makkelijk, omdat ik daar in de plaatselijke pub at. Gelukkig had de eigenaar zelf een drankprobleem gehad, zijn dochter was verongelukt en hij was daarna helemaal aan de drank geraakt, hersteld en terug de horeca ingegaan.

“Nou, die eigenaar zei gewoon: “No, Ben don’t drink anymore” als ik wat aangeboden kreeg. Toen ik terugkwam vroeg mijn begeleidster hoe het was gegaan. Ik zei dat ik eenmaal in de fout was gegaan, maar dat was een bonbonnetje met drank dat ik bij het ontbijt van de B&B had gekregen. We hebben er samen om gelachen. Ik heb haar vertrouwen en dat zou ik nooit willen beschamen. Ik beschouw haar als een soort kleindochter, er is een chemie tussen ons en die klik zorgt ervoor dat ze dingen bij mij voor elkaar heeft gekregen, hoewel ze wel mijn moeilijke periode heeft meegemaakt. Maar het kwam altijd weer goed.

Veel goeds te verliezen

“Andere mensen zijn belangrijk voor mij. Mijn vriendenclub speelt een centrale rol, die hebben gezegd dat als ik weer ga drinken, zij de vriendschap zullen beëindigen. Dat is voor mij een extra stok achter de deur, want we hebben ontzettende lol samen. We kunnen gelukkig ook om onszelf lachen, humor is belangrijk.

“Sinds een halfjaar woon ik in een zelfstandig appartement. Ik ben inmiddels steeds meer dingen zelf gaan regelen, maar kan nog wel rekenen op ondersteuning als ik dat nodig heb. Die hulp is aanwezig. Toch zie ik dit ook als doorstroomlocatie, over een jaar of drie denk ik weer zoveel te hebben geleerd dat ik klaar ben voor weer een volgende stap.

“Als ik terugkijk zie ik dat ik in die afgelopen jaren veel heb geleerd waardoor ik nu beter voor mezelf kan zorgen. Ik heb die tijd nodig gehad, want ik was er nog niet eerder klaar voor geweest. Maar ik heb wél het geluk gehad dat ik altijd heb gewerkt en daardoor ook de waarde ken van een regelmatig leven met een invulling van je dag. Het is niet makkelijk om je verslaving te overwinnen. Het is het moeilijkste wat ik ooit gedaan heb, maar wel het beste. Zeg niet, dat doe ik eventjes en denk niet dat ik af en toe geen trek heb. Maar ik doe het niet, want ik heb nu heel veel goeds te verliezen.